Gepubliceerd op vrijdag 5 april 2013
IEFBE 14
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Schone zaak

lux.bmpBeschikking kortgedingrechter Rechtbank van Koophandel Antwerpen, 15 november 2006, Unilever tegen Lindeteves

Parallel import, beslag te Antwerpen.

Lindeteves International BV, een in Nederland gevestigde parallelhandelaar, heeft LUX zeepblokken in Indonesië gekocht en heeft die door expiditeur Gerlach en Compagnie NV laten vervoeren naar Antwerpen. De goederen zijn authentiek en zijn onder T1-status geregistreerd. Desondanks heeft Unilever beslist de goederen onder sekwester te plaatsen. Cotton International en/of S.A.L. of Cottin BVBA de opdrachtgever te zijn.

Vervolgens dient een kort geding over de geldigheid van het beslag. Lindeteves vordert opheffing beslag en schade van Unilever. Cotton c.s. vorderen enkel opheffing beslag.

Volgens de Class uitspraak (lees uitspraak hier) dient Unilever te bewijzen dat Lindeteves, Gerlach, Cotton S.A.L. of Cottin BVBA de goederen ofwel effectief in het vrije verkeer hebben gebracht in de EG, ofwel de goederen derwijze verhandelen dat zij aldaar aldaar noodzakelijkerwijze verhandeld zullen worden.

In casu bevinden de goederen zich in transit. Omdat de goederen voor Libanon zijn bestemd en niet bewezen kan worden dat ze bestemd zouden zijn voor de EG, wordt de vordering van Unilever afgewezen. Ook Lindeteves krijgt nul op het rekest wat betreft de schade.

Lees de beschikking hier.