IEFBE 3923
16 juni 2025
Artikel

deLex zoekt Juridisch eindredacteur (32 uur)

 
IEFBE 3929
16 juli 2025
Artikel

Nieuw verschenen bij deLex: Het Rechterlijk Verbod en Bevel van Prof. mr. C.J.J.C. van Nispen - Tweede geheel herziene druk

 
IEFBE 3942
14 juli 2025
Uitspraak

Gedeeltelijke vernietiging EUIPO-beslissing wegens motiveringsgebrek over homogene categorie ontluchtingskappen

 
IEFBE 2095

Vraag aan HvJ EU over eerste markttoegang van een product die een nieuwe formulering van een oud werkzaam bestanddeel is

HvJ EU - CJUE 16 mrt 2017, IEFBE 2095; C-443/17 (Abraxis), https://www.ie-forum.be/artikelen/vraag-aan-hvj-eu-over-eerste-markttoegang-van-een-product-die-een-nieuwe-formulering-van-een-oud-wer

Prejudicieel gestelde vraag aan HvJ EU 16 maart 2017, IEF 16605; IEFbe 2095; LS&R 1428  (Abraxis tegen Comptroller-General of Patents) Octrooirecht. Via MinBuza: Verzoeker (Abraxis Bioscience) heeft bij het bureau voor intellectuele eigendom van het Verenigd Koninkrijk (hierna: UK IPO) een aanvraag ingediend voor een aanvullend beschermingscertificaat (hierna: ABC). Verweerder (Comptroller-General, hoofd van UK IPO) is verantwoordelijk voor de afgiften van ABC’s in het Verenigd Koninkrijk. Verzoeker heeft de ABC aangevraagd voor een product dat gemakshalve ‘nab-paclitaxel’ wordt genoemd. Verzoeker brengt nab-paclitaxel in de handel onder de handelsnaam Abraxane, krachtens de vergunning voor het in de handel brengen (hierna: VHB van Abraxane). Vóór de afgifte van de VHB van Abraxane, werd paclitaxel op grond van eerdere VHB’s in de handel gebracht door andere partijen onder de merknamen Paxene en Taxol. De precieze inhoud van de eerdere VHB’s doet in casu niet ter zake. Nab-paclitaxel wordt beschermd door het Europees octrooi (UK) nr. 0 961 612 (hierna: octrooi). Verzoeker betoogt dat nab-paclitaxel een nieuwe en op uitvinderswerkzaamheid rustende formulering is van een bestaande werkzame stof (paclitaxel) en dat artikel 3d ABC-verordening, aldus moeten worden uitgelegd dat het toestaat dat een ABC wordt afgegeven voor een product dat bestaat uit een nieuwe en op uitvinderswerkzaamheid berustende formulering van een bestaande werkzame stof. De hoor-medewerker stelde echter dat, ofschoon artikel 3d ABC-verordening de afgifte toestaat van een ABC voor nieuw en op uitvinderswerkzaamheid berustend therapeutisch gebruik, dit niet het geval was voor de afgifte van een ABC voor een nieuw en op uitvinderswerkzaamheid berustende formulering van een bestaande werkzame stof. Verweerder is het met de conclusie van de hoor-medewerker eens. Verzoeker heeft beroep ingediend tegen de beslissing van verweerder (26.10.2016) tot afwijzing van verzoekers ABC-aanvraag. 

Het eerste probleem is dat de ABC-verordening geen definitie bevat van de uitdrukking ‘werkzame stof’. Meer bepaald, wat is het standpunt ten aanzien van (i) substanties die, op enigerlei wijze, een werkzame stof ondersteunen om een bepaalde therapeutische werking te bewerkstelligen en (ii) combinaties van die substanties en die werkzame stof? Het tweede probleem is dat artikel 3d vereist dat de VHB waarvan wordt uitgegaan ‘de eerste vergunning is voor het in de handel brengen van het product als geneesmiddel’. Hoe moet dit vereiste worden uitgelegd in een situatie waarin voor dezelfde werkzame stof of combinatie van werkzame stoffen al eerder een vergunning voor het in de handel brengen is afgegeven, maar de nieuwe vergunning voor een andere formulering of een ander therapeutisch gebruik van die werkzame stof of combinatie van werkzame stoffen is bestemd? Zoals wordt betoogd door verweerder, blijkt uit de arresten C-431/04, C-210/13 en C-631/13 dat ABC’s niet louter kunnen worden afgegeven voor nieuwe formuleringen. Maar aangezien dit onderwerp in geen van die arresten rechtstreeks en volledig wordt afgedaan, is dit standpunt niet duidelijk. Derhalve richt de verwijzende rechter een verzoek om een prejudiciële beslissing tot het Hof inzake de uitlegging van artikel 3d van de ABC-verordening over de gestelde vraag:

IEFBE 2094

Conclusie AG: Identificatie van het voortbrengsel relevant voor beoordeling nieuwheid of eigen karakter?

Gerecht EU - Tribunal UE 1 feb 2017, IEFBE 2094; ECLI:EU:C:2017:80 (Easy Sanitary Solutions, EUIPO tegen Group Nivelles), https://www.ie-forum.be/artikelen/conclusie-ag-identificatie-van-het-voortbrengsel-relevant-voor-beoordeling-nieuwheid-of-eigen-karakt

Conclusie AG HvJ EU 1 februari 2017, gevoegde zaken C‑361/15 P en C‑405/15 P; ECLI:EU:C:2017:80 (Easy Sanitary Solutions, EUIPO tegen Group Nivelles) Modelrecht. De AG geeft het Hof in overweging te beslissen als volgt: Het arrest van het Gerecht EU 13 mei 2015 (IEF 14958; T‑15/13, EU:T:2015:281), wordt gedeeltelijk vernietigd, aangezien het Gerecht in de punten 112 tot en met 133 van dit arrest heeft beoordeeld of de identificatie van het voortbrengsel waarin het tot staving van de vordering tot nietigverklaring aangevoerde oudere model was verwerkt, relevant is voor de beoordeling van de nieuwheid of het eigen karakter van het litigieuze model. Daarmee zijn de grenzen van de in artikel 61, lid 2, van GModVo geregelde rechtmatigheidstoetsing van de beslissingen van de beroepskamers van het EUIPO overschreden.

 

IEFBE 2093

Uitspraak en bijdrage ingezonden door Jeroen Muyldermans, Altius.

Prejudiciële vragen aan HvJ EU over debranding en rebranding van waren

HvJ EU - CJUE 7 feb 2017, IEFBE 2093; (Mitsubishi tegen Duma c.s.), https://www.ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-aan-hvj-eu-over-debranding-en-rebranding-van-waren

Hof van Beroep Brussel 7 februari 2017, IEFbe 2093(Mitsubishi tegen Duma c.s.) Parallelimport, Debranding, Rebranding, marktpraktijken, vergoeding. Procedure merkinbreuk na eerder beslag inzake namaak en vonnis (IEFbe 67) dat inbreukvorderingen van MITSUBISHI afwees. Volledige hervorming in beroep. MITSUBISHI is titularis van de merkenrechten op de bekende woordmerken “MITSUBISHI” en het figuratieve diamantlogo. Zij verzet zich tegen de onrechtmatige parallel invoer in de EER van gemerkte en ontmerkte (of “gedebrande”) hefttrucks afkomstig uit Azië, door DUMA en GSI. Een deskundigenrapport opgesteld na het beslag inzake namaak had de invoer van net geen 1500 van dergelijke heftrucks blootgelegd in de periode 2003 tot en met 2008.

IEFBE 2092

HvJ EU advies: Verdrag van Marrakesh voor leesgehandicapten valt onder de exclusieve bevoegdheid EU

HvJ EU - CJUE 14 feb 2017, IEFBE 2092; ECLI:EU:C:2017:114 (Verdrag van Marrakesh), https://www.ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-advies-verdrag-van-marrakesh-voor-leesgehandicapten-valt-onder-de-exclusieve-bevoegdheid-eu

HvJ EU 14 februari 2017, IEF 16599; IEFbe 2092; Advies 3/15 ; ECLI:EU:C:2017:114 (Marrakesh verdrag) Het Verdrag van Marrakesh tot bevordering van de toegang tot gepubliceerde werken voor personen die blind zijn, visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben. Artikel 3 VWEU. Exclusieve externe bevoegdheid van de Europese Unie.

De sluiting van het Verdrag van Marrakesh tot bevordering van de toegang tot gepubliceerde werken voor personen die blind zijn, visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben, valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie.
IEFBE 2091

Sari Depreeuw - Secundaire mededelingen in hotels, cafés, kuuroorden en revalidatiecentra (maar niet bij de tandarts)

Sari DEPREEUW, "Rafael Hoteles bevestigd in Reha: secundaire mededelingen in hotels, cafés, kuuroorden en revalidatiecentra (maar niet bij de tandarts)", IRDI 2016, afl. 3, 220-228. Het Hof van Justitie heeft sinds het principearrest van 2006 in de zaak Rafael Hoteles (zaak nr. C-306/05) een indrukwekkend aantal prejudiciële vragen beantwoord over het recht van mededeling aan het publiek, zoals geharmoniseerd in Richtlijn nr. 2001/29 'Informatiemaatschappij' en, in mindere mate, in Richtlijn nr. 2006/15 'Verhuurrecht'. Meer dan vijftien jaar na het aannemen van deze richtlijn is er bij de nationale rechters nog veel onzekerheid over de draagwijdte van het begrip 'mededeling aan het publiek' in het auteursrecht en de naburige rechten.

IEFBE 2090

TV-toestel in hotelkamer is geen mededeling op een tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijke plaats

16 feb 2017, IEFBE 2090; ECLI:EU:C:2017:131 (VG Rundfunk tegen Hettegger Hotel Edelweiss), https://www.ie-forum.be/artikelen/tv-toestel-in-hotelkamer-is-geen-mededeling-op-een-tegen-betaling-van-een-toegangsprijs-voor-het-pub

HvJ EU 16 februari 2017, IEF 16594; IEFbe 2090; ECLI:EU:C:2017:131 (VG Rundfunk tegen Hettegger Hotel Edelweiss) Auteursrecht. Naburige rechten. Plaatsen die tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijk zijn – Mededeling van uitzendingen door middel van in hotelkamers aanwezige televisietoestellen. HvJ EU verklaart voor recht:

Artikel 8, lid 3, van [richtlijn 2006/115/EG], moet aldus worden uitgelegd dat de mededeling van RTV-uitzendingen door middel van in hotelkamers aanwezige televisietoestellen geen mededeling vormt die wordt verricht op een tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijke plaats.

IEFBE 2089

Nietigverklaring van Gemeenschapsmodel op thermosifons voor verwarmingsradiatoren

Gerecht EU - Tribunal UE 16 feb 2017, IEFBE 2089; ECLI:EU:T:2017:87 (Antrax tegen Vasco), https://www.ie-forum.be/artikelen/nietigverklaring-van-gemeenschapsmodel-op-thermosifons-voor-verwarmingsradiatoren

Gerecht EU 16 februari 2017, IEF 16593; IEFbe 2089; ECLI:EU:T:2017:87 (Antrax tegen Vasco) In het kort: Gemeenschapsmodel. Nietigheidsprocedure. Samenstelling van de kamer van beroep, onpartijdigheid. Oudere gemeenschapsmodellen. Verzadiging van de stand van de techniek. Nietigheidsgrond. Geen eigen karakter. Antrax is houdster van gemeenschapsmodellen voor thermosifons voor verwarmingsradiatoren. Vasco vordert met succes de nietigverklaring op basis van oudere Duitse modellen. De kamer van beroep vernietigt deze beslissing op grond van ontoereikende passende motivering voor het ontbreken van nieuwheid, maar verklaart het model nietig vanwege ontbreken eigen karakter. Het Gerecht EU verwerpt het beroep.

IEFBE 2088

Hof: Teken Stitch & Glory maakt toch inbreuk op woordmerk Stitch&Co

Antwerpen - Anvers 5 sep 2016, IEFBE 2088; (Stitch&Co tegen Lazuli), https://www.ie-forum.be/artikelen/hof-teken-stitch-glory-maakt-toch-inbreuk-op-woordmerk-stitch-co

Voorz. Rechtbank van KH (en afd.) Antwerpen 21 oktober 2015 (Stitch&Co tegen Lazuli) en Hof van Beroep Antwerpen 5 september 2016, IEF 16589; IEFbe 2088 (Lazuli tegen Stitch&Co) Merkenrecht. Stitch & Co is een handelszaak die textielen en stoffen verkoopt onder het gelijkluidende ingeschreven woordmerk. Lazuli heeft ook een handelszaak en een webwinkel met een logo met de woorden "Stitch & Glory". Het logo met onderschrift 'No stitch, no glory' is geen element in het WOORDmerk STITCH&CO en zodoende is er geen sprake van een merkinbreuk.  De voorzitter stelt wel inbreuk op eerlijke marktpraktijken vast en beveelt staking. Het hof oordeelt dat er wel merkinbreuk wordt gepleegd ex 2.20.1.b. BVIE. Gelet op het minieme verschil tussen het woordmerk van geïntimeerde en het door de appellante gebruikte teken kan het publiek menen dat de betrokken waren van dezelfde onderneming afkomstig zijn. Er is wel degelijk verwarringsgevaar.

 

IEFBE 2087

Verwijdering van journalisten van tribune tijdens parlementair debat is schending EVRM

EHRM - Cour eur. D.H. 9 feb 2017, IEFBE 2087; application no 67259/14 (Selmani e.a. tegen FYROM), https://www.ie-forum.be/artikelen/verwijdering-van-journalisten-van-tribune-tijdens-parlementair-debat-is-schending-evrm

EHRM 9 februari 2017, IEF 16588; IEFbe 2087; application no 67259/14 (Selmani e.a. tegen FYROM) Mediarecht. Uit het persbericht: Selmani c.s. zijn journalisten en zijn met geweld verwijderd van de tribune van het nationale parlement weer zij verslag deden van het parlementaire debat over de Rijks begroting voor 2013. Gedurende het debat hebben leden van de oppositie verstoringen veroorzaak en zijn verwijderd door de beveiligingsmedewerkers. Verzoekers zijn geaccrediteerde journalisten en weigerden de tribune, een voor journalisten toegewezen gebied, te verlaten en werden gedwongen verwijderd. Bij het Constitutioneel Hof klagen zij over het incident en klagen ze dat er geen mondelinge zitting was om feiten aan te vechten. Er was geen indicatie dat er gevaar was van de protesten buiten het parlement of van de journalisten, enkel van de verwijderde parlementsleden. Verwijdering van de journalisten was niet noodzakelijk noch te rechtvaardigen, dat is een inbreuk op artikel 10, vrijheid van meningsuiting. Dat er - ondanks verzoek daartoe - geen mondelinge behandeling is geweest en zonder reden te geven waarom die niet noodzakelijk was, is een schending van artikel 6 (right to a fair hearing).

 

IEFBE 2085

Hoger beroep is aangekondigd.

Geregistreerd model snoerloze tafellamp maakt auteursrechtinbreuk

Brussel - Bruxelles(Fr./Nl.) 10 jan 2017, IEFBE 2085; (Neoz tegen Imagilights), https://www.ie-forum.be/artikelen/geregistreerd-model-snoerloze-tafellamp-maakt-auteursrechtinbreuk

NL Rechtbank van KH Brussel 10 januari 2017, IEFbe 2085 (Neoz tegen Imagilights) Modelrecht. Auteursrecht. Neoz produceert onder meer snoerloze tafellampen voor restaurants, hotels, architecten en interieurontwerpers en heeft daarvoor Modelrechten vanaf 2012 ingeschreven voor de tafellamp 'Cooee'. Imagilights produceert herlaadbare snoerloze verlichtingsoplossingen. Gedaagde lanceert een collectie die treffend gelijkt. Deze collectie is gebaseerd op een uit 2008 gedateerde ontwerpen met snoer, die in 2015 zijn omgevormd tot een snoerloos model. Gedaagde roept de nietigheid van het model in. Artikel 25.1, f) GMV komt erop neer dat degene die het artikel inroept aantoont dat het latere model gebruik maakt van een werk dat volgens het recht van een lidstaat voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt. Het gebrek aan commercialisatie van de 2008-ontwerpen in de periode tussen de creatie in 2008 en de door eisende partij ingeroepen voorrangsdatum is niet relevant. Het Belgisch auteursrecht legt immers geen enkele voorwaarde van commercialisatie of publiek gebruik op voor het bestaan of inroepen van auteursrecht. Het Divulgatierecht (recht om een werk al dan niet in openbaarheid te brengen) maakt zelfs expliciet deel uit van het Belgisch auteursrecht. Tot slot verbiedt de Berner Conventie om genot of uitoefening afhankelijk te maken va enige formaliteit. De 'Cooee'-collectie maakt auteursrechtinbreuk. De modelrechten van eisende partij worden nietig verklaard.