Hof van Cassatie stelt vraag over artikel 2.17 lid 1 BVIE
Hof van Casssatie van België 11 januari 2013, C.11.0607.N (Parfumerie ICI Paris XL tegen Publication France Monde)Merkenrecht. Prejudiciële vraag. “Moet artikel 2.17, eerste lid, BVIE, in het licht van de arresten A 2005/1 en A 2008/1, zo worden uitgelegd dat de daarin vermelde rechterlijke beroepsinstanties kennis kunnen nemen van nieuwe feitelijke gegevens die worden overgelegd in het kader van aanspraken die in dezelfde oppositieprocedure reeds werden geformuleerd voor het BBIE?" Antwoord: IEFbe 648.
Nederlands Octrooicongres 2023

Het is een lustrumjaar voor het Nederlands Octrooicongres van deLex: deze zomer vindt alweer de 15e editie plaats, op dinsdag 13 juni in Hotel Jakarta te Amsterdam.
Ook dit jaar zijn we trots op het programma dat mr. drs. Gertjan Kuipers (Hogan Lovells) en prof. mr. Peter Blok (CIER, Hof Den Haag) hebben samengesteld. Met o.a. mr. drs. András Kupecz, (technically qualified judge UPC), mr. drs. Anne Marie Verschuur (Nauta Dutilh) en Frédéric Bostedt (Legally qualified member of the Boards of Appeal · European Patent Office) zorgen zij voor een gevarieerd en degelijk programma met internationale sprekers, actuele onderwerpen en paneldiscussies.
Daarbij staan natuurlijk het jaarlijkse jurisprudentieoverzicht en het overzicht van EOB-uitspraken op de agenda, samen met de onderdelen ´plausibiliteit´, ´hulpverzoeken´, ´actualiteiten UPC´ en een paneldiscussie onder leiding van prof. Willem Hoyng (HOYNG ROKH MONEGIER). Als altijd ronden we de dag af met een borrel op locatie.
Domeinnaamfraude: Geen schadevergoeding, wel gedeeltelijke ontbinding
Hof Amsterdam 19 november 2024, IEF 22460, IT 4727; ECLI:NL:GHAMS:2024:3205 (Stands4 LTD tegen Undeveloped B.V.). Het Gerechtshof oordeelt over een geschil tussen Stands4, een Israëlisch bedrijf, en Undeveloped, een Nederlands handelsplatform voor domeinnamen. Stands4 vordert schadevergoeding van Undeveloped nadat bleek dat een via het platform aangekochte domeinnaam mogelijk door een onbevoegde derde was verkocht. De rechtbank Amsterdam wees de vordering eerder af, waarop Stands4 in hoger beroep ging. In hoger beroep stelt het hof vast dat Undeveloped tekortgeschoten is in haar verplichting om de identiteit van de verkoper zorgvuldig te verifiëren. Hoewel Undeveloped enkele verificatiestappen had ondernomen, zoals controle van WHOIS-gegevens en het opvragen van identificatiedocumenten, acht het hof deze maatregelen onvoldoende. Het platform had volgens het hof aanvullende verificatiestappen moeten nemen, zoals het vragen om een foto van de verkoper met zijn identiteitsbewijs. Ondanks dit oordeel concludeert het hof dat de tekortkoming van Undeveloped geen causaal verband heeft met de door Stands4 geleden schade. De fraude was professioneel uitgevoerd, en zelfs met een extra verificatiestap was het waarschijnlijk niet mogelijk geweest om de identiteit van de frauduleuze verkoper aan het licht te brengen. Dit leidt ertoe dat de primaire en subsidiaire vorderingen van Stands4 tot schadevergoeding worden afgewezen.