Gepubliceerd op woensdag 10 april 2024
IEFBE 3729
Hof van Cassatie - Cour de Cassation ||
25 jan 2024
Hof van Cassatie - Cour de Cassation 25 jan 2024, IEFBE 3729; ECLI:BE:CASS:2024:ARR.20240125.1N.4 (P.M tegen WEAREONE.WORLD), https://www.ie-forum.be/artikelen/hvc-over-titulariteit-van-auteursrecht

HvC over titulariteit van auteursrecht

Hof van Cassatie van België 25 januari 2024, IEFbe 3729; ECLI:BE:CASS:2024:20240125.1N.4, C.22.0390.N (P.M tegen WEAREONE.WORLD) Eiser, met de Nederlandse nationaliteit, werkte sinds 2009 samen met Verweerster, een Belgische vennootschap die jaarlijks het festival Tomorrowland organiseert. Eiser ontwierp in Nederland bepaalde creaties, onder meer het logo, de hoofdpodia en de festivaldecoratie, die de verweerster in België gebruikte. Tussen partijen ontstond een geschil over de auteursrechten betreffende deze creaties, wat ertoe leidde dat de verweerster de samenwerking met de eiser in 2017 beëindigde. Zowel de arrondissementsrechtbank Antwerpen, als het hof van beroep Antwerpen heeft betaling van de beëindigingsvergoeding ten bedrage van 75.000 euro in hoofdsom toegewezen. Eiser komt op tegen de beslissing van het hof van beroep Antwerpen en meent dat de titulariteit van de vermogens- en morele rechten beoordeeld moeten worden op grond van het Belgische auteursrecht. Het HvC merkt op dat in verschillende lidstaten discussie blijkt te bestaan over de vraag of de kwestie van de titulariteit van een auteursrecht op een creatie die in uitvoering van een arbeids- of opdrachtovereenkomst is ontstaan, als zakenrechtelijk dan wel als contractueel moet worden gekwalificeerd. De kwalificatie heeft gevolgen voor het al dan niet vallen binnen de werkingssfeer van artikel 1 lid 1 EVO en de Rome I- Verordening. Het HvC stelt het Hof van Justitie van de Europese Unie de volgende prejudiciële vraag:

“Dient artikel 1, lid 1, EVO en Rome I-Verordening aldus te worden uitgelegd dat de vraag van de titulariteit van een auteursrecht van een werk dat is gecreëerd in uitvoering van een verbintenis uit een arbeids- of opdrachtovereenkomst, dit is de vraag wie de oorspronkelijke titularis is en of en in welke mate dit recht overdraagbaar is aan een volgende titularis, onder het begrip ‘verbintenissen uit overeenkomst’ valt?”