Gepubliceerd op maandag 22 juni 2015
IEFBE 1384
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Nieuwe procedureregels bij het Gerecht EU

Uit het persbericht: Op 1 juli 2015 zullen een nieuw Reglement voor de procesvoering en nieuwe uitvoeringsregelingen in werking treden met het oog op een beter verloop van de procedures voor het GerechtHet nieuwe Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, waarvoor de aanzet in 2012 is gegeven, zal het Reglement voor de procesvoering van 1991 vervangen. Dat laatste is in de loop der tijd herhaaldelijk gewijzigd om de procedureregels aan te passen en te verbeteren aan de hand van de behoeften en ontwikkelingen. Omdat deze versnipperde aanpak zijn grenzen had bereikt, was een volledige herziening nodig. Dat heeft meteen ook de weg vrijgemaakt voor een nieuwe structuur voor de aanvankelijke tekst en de invoering van nieuwe bepalingen. In dat kader zijn meerdere doelstellingen nagestreefd.

De procedureregels zijn aangepast aan de realiteit van de rechtspleging zoals die thans voor het Gerecht plaatsvindt, met daarbij een duidelijk onderscheid tussen de drie hoofdcategorieën van beroepen, die elk hun eigen kenmerken hebben:

  •  de rechtstreekse beroepen, in het kader waarvan er bijzonder veel procesincidenten, verzoeken tot interventie en verzoeken om vertrouwelijke behandeling zijn;
  • de beroepen op het gebied van de intellectuele eigendom;
  • de hogere voorzieningen tegen de beslissingen van het Gerecht voor ambtenarenzaken

De inspanningen die reeds sinds enkele jaren worden geleverd  om de rechterlijke instantie efficiënter te maken, zijn op procedureel gebied voortgezet om te zorgen voor meer capaciteit om de zaken binnen een redelijke termijn en met inachtneming van de vereisten van een eerlijk proces te behandelen, overeenkomstig de vereisten van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie verdienen in dat verband vermelding:

  • de uitbreiding van de werkingssfeer van de bepalingen over de alleensprekende rechter tot intellectuele-eigendomszaken;
  • de vereenvoudiging van de regels ter bepaling van de procestaal en het verloop van de schriftelijke behandeling (slechts één memoriewisseling) in intellectueleeigendomszaken;
  • de vereenvoudiging van de regeling van de interventie (er is niet langer voorzien in toelating tot interventie wanneer het verzoek wordt neergelegd na het verstrijken van de wettelijke termijn van zes weken na de bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie (PBEU) van de kennisgeving over de instelling van het beroep);
  • de mogelijkheid voor het Gerecht om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen op rechtstreekse beroepen wanneer geen van de hoofdpartijen om het houden van een pleitzitting heeft verzocht;
  • de mogelijkheid voor het Gerecht om, zelfs wanneer een partij een verzoek heeft gedaan, zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen op hogere voorzieningen;
  • de verduidelijking van de aan interveniënten toegekende rechten;
  • de overdracht aan de kamerpresidenten van de bevoegdheid om bepaalde besluiten te nemen die eerder aan de kamer toekwam en de vereenvoudiging van de vorm waarin bepaalde beslissingen worden genomen, door te voorzien in nieuwe gevallen waarin niet langer bij beschikking uitspraak wordt gedaan (bijvoorbeeld de schorsing van de behandeling en de voeging);
  • de vermelding dat het Gerecht zo spoedig mogelijk uitspraak  doet op een exceptie van niet-ontvankelijkheid of een exceptie van onbevoegdheid, op een verzoek om afdoening zonder beslissing of op enig ander incident alsook op een verzoek tot interventie of bezwaar tegen een verzoek om vertrouwelijke behandeling.