DOSSIERS
Alle dossiers

Collectief beheer - Gestion collective  

IEFBE 2018

Vragen aan HvJ EU: Is er slechts “nadeel berokkenend bij de mededinging” indien de benadeelde onderneming de capaciteit niet heeft of invloed op winstgevendheid

HvJ EU - CJUE 13 jul 2016, IEFBE 2018; (MEO), https://www.ie-forum.be/artikelen/vragen-aan-hvj-eu-is-er-slechts-nadeel-berokkenend-bij-de-mededinging-indien-de-benadeelde-ondernemi

Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 13 juli 2016. IEF 16433; IEFbe 2018; C-525/16 (MEO) Auteursrecht. Mededingingsrecht. Verzoekster is aanbieder van elektronische communicatiediensten. Zij heeft in 2014 een klacht ingediend bij verweerster (de Portugese mededingingsAutoritieit ‘PMa’) tegen GDA, een organisatie zonder winstoogmerk voor collectief beheer van naburige rechten van artiesten (en de enige die in Portugal op dat gebied actief is) die zij misbruik van machtspositie verwijt. GDA biedt in het bijzonder diensten aan degenen die gebruik willen maken van werken van het repertoire van de aangesloten leden. Het gaat om ‘wholesale’diensten voor de collectieve exploitatie van naburige rechten waarbij GDA een monopoliepositie inneemt, en in deze zaak met name om de ‘retail’dienst voor abonnementen op televisiesignalen waar verzoekster aanbieder van is: zij heeft het grootste marktaandeel op het gebied van contracten met consumenten voor pakketten. Verzoekster verwijt GDA verschillende tarieven voor haar diensten op haar en haar directe concurrenten toe te passen.

IEFBE 1975

Bijdrage ingezonden door professor Bernt Hugenholtz, Instituut voor Informatierecht te Amsterdam.

Noot Hugenholtz onder Reprobel

HvJ EU Reprobel, NJ 2016/370, p. 4962-4964,m.nt. Hugenholtz. In dit arrest beantwoordt het Hof van Justitie [IEF 15411] vragen van uitleg over het ‘reprorecht’, de auteursrechtelijke beperking en vergoeding voor het fotokopiëren (‘reprograferen’) van werken. In Nederland is het reprorecht geregeld in de art. 16h-16m van de Auteurswet. Op grond van deze bepalingen is de ‘reprografische verveelvoudiging’ van artikelen of kleine gedeelten van boeken (of van gehele boeken indien deze niet meer in de handel zijn) toegestaan, ‘mits voor deze verveelvoudiging een vergoeding wordt betaald’ ( art. 16h lid 1 Aw). Anders dan de thuiskopieregeling is deze wettelijke beperking van het auteursrecht niet beperkt tot het kopiëren voor privégebruik [zie daarover: noot Hugenholtz onder HR 7 maart 2014 (Staat/NORMA), HvJ EU 10 april 2014 (ACI Adam) en HvJ EU 5 maart 2015 (Copydan Båndkopi), NJ 2016/184-86 ]. In Nederland kan iedere onderneming en overheidsinstelling van deze kopi- eervrijheid gebruik maken, mits aan rechthebben- den een vergoeding wordt betaald. (...)

IEFBE 1881

Décision envoyée par Eric Degryse, Emmanuel Cornu et Benjamin Docquir, Simont Braun. Resumé par Thomas Tombal, Altius.

Pas de tarif de la SABAM sur les abonnements internet payés aux FAI

Brussel - Bruxelles 3 jun 2016, IEFBE 1881; (SABAM contre Etat Belge), https://www.ie-forum.be/artikelen/pas-de-tarif-de-la-sabam-sur-les-abonnements-internet-pay-s-aux-fai

Cour d'appel Bruxelles 3 juin 2016, IEFbe 1881 (SABAM contre ETAT BELGE)
Faits pertinents Dans le courant de l’année 2011, la SABAM a adressé des courriers aux fournisseurs belges d’accès à internet (ci-après « FAI »), à savoir, Belgacom (aujourd’hui Proximus), Telenet, Brutele et Tecteo (aujourd’hui Nethys), les informant de sa décision de ne plus tolérer que ces FAI communiquent au public des œuvres de son répertoire et qu’elle entendait leur appliquer un tarif annuel de 3,4% sur le prix annuel d’abonnement payé par les internautes à ces FAI. La SABAM considérait, en effet, que ces FAI exploitent sans autorisation son répertoire sur internet et se rendent donc coupables d’une violation de l’article XI.165, §1er, alinéa 4 du Code de Droit Economique (ci-après « CDE »).

Les FAI, appuyés par l’Etat belge, soutenaient, pour leur part, qu’il était illégal d’appliquer un tel tarif et d’en réclamer le paiement. L’Etat belge cita la SABAM en cessation, estimant, d’une part, que les FAI n’accomplissaient pas de communication au public au sens du droit d’auteur, et, d’autre part, qu’en tout état de cause, la législation sur le commerce électronique empêchait de pouvoir tenir pour responsables les FAI agissant en cette qualité. Les FAI susvisés intervinrent volontairement à la cause.

Par un jugement du 13 mars 2015 [IEFbe 1259] , le Président du Tribunal de première instance francophone de Bruxelles décida que ces FAI jouaient un rôle purement technique de transmission de contenu et n’effectuaient donc pas de « communication au public » au sens de l’article XI.165 du CDE, et ordonna à la SABAM de mettre fin à la tarification qu’elle réclamait aux FAI. La SABAM fit appel de cette décision.

Décision Par son arrêt du 3 juin 2016, la 9ème chambre de la Cour d’appel de Bruxelles déclara l’appel de la SABAM non-fondé, et rejeta également sa demande, à titre subsidiaire, de poser trois questions préjudicielles à la Cour de Justice de l’Union Européenne.

La Cour d’appel a, en effet, considéré que, s’il est vrai que l’article XI.165, §1er, al. 4 du CDE, règle de droit objectif, reconnait à l’auteur le droit exclusif de communiquer son œuvre au public, cet article ne prévoit, en revanche, pas le droit subjectif pour l’auteur d’imposer aux tiers le paiement d’une rémunération lorsque, comme en l’espèce, l’auteur donne son autorisation à la communication au public de son œuvre. La Cour rejette ainsi la prémisse de la SABAM selon laquelle cet article prévoirait, comme corolaire au droit exclusif de l’auteur de communiquer au public, un droit à rémunération.

La Cour ajouta également que la SABAM n’était pas une autorité administrative habilitée par la loi ou le Roi à établir des tarifs ayant une valeur règlementaire à l’encontre des tiers, et que la SABAM ne justifie d’aucune base légale obligeant les FAI à contracter avec elle.

IEFBE 1871

Les juges lettons ont ménagé un juste équilibre dans leurs décisions relatives à des droits d’auteur sur des œuvres musicales

EHRM - Cour eur. D.H. 12 jul 2016, IEFBE 1871; (AKKA/LAA tegen Letland), https://www.ie-forum.be/artikelen/les-juges-lettons-ont-m-nag-un-juste-quilibre-dans-leurs-d-cisions-relatives-des-droits-d-auteur-sur

Cour eur. D.H. 12 juilliet 2016, application no. 562/05; IEF 16113; IEFbe 1871 (AKKA/LAA tegen Letland)
Dans son arrêt de chambre rendu ce jour dans l’affaire SIA AKKA/LAA c. Lettonie la Cour européenne des droits de l’homme dit, à l’unanimité, qu’il y a eu : Non-violation de l’article 1 du Protocole no. 1 (protection de la propriété) à la Convention européenne des droits de l’homme, et Non-violation de l’article 6 § 1 (droit à un procès équitable) de la Convention.

IEFBE 1826

HvJ EU: Billijke vergoeding uit Spaanse begroting waarborgt niet dat de kosten enkel door privékopieerders wordt gedragen

HvJ EU - CJUE 9 jun 2016, IEFBE 1826; ECLI:EU:C:2016:418 (EGEDA e.a.), https://www.ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-billijke-vergoeding-uit-spaanse-begroting-waarborgt-niet-dat-de-kosten-enkel-door-priv-kopiee

HvJ EU 9 juni 2016, IEF 16009; IEFbe 1826; ECLI:EU:C:2016:418; zaak C-470/14 (EGEDA e.a.)
Auteursrecht. Naburige rechten. Art. 5 InfoSoc. Uitzonderingen en beperkingen. Billijke thuiskopiecompensatie gefinancieerd vanuit staatsbegroting. Het Spaanse stelsel waarbij de billijke compensatie voor auteurs van wie het werk wordt gekopieerd voor privégebruik uit de begroting wordt gefinancierd, is niet in overeenstemming met de auteursrechtrichtlijn. In een dergelijk stelsel is immers niet gewaarborgd dat de kosten van die billijke compensatie uiteindelijk enkel worden gedragen door de gebruikers van kopieën voor privégebruik. Antwoord HvJ EU:

Article 5(2)(b) of [InfoSoc] must be interpreted as precluding a scheme for fair compensation for private copying which, like the one at issue in the main proceedings, is financed from the General State Budget in such a way that it is not possible to ensure that the cost of that compensation is borne by the users of private copies.

IEFBE 1792

Prejudiciële vragen over machtsmisbruik Letse collectieve beheersorganisatie met hoge billijke vergoeding

HvJ EU - CJUE 29 apr 2016, IEFBE 1792; (Latvijas Autoru), https://www.ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-over-machtsmisbruik-letse-collectieve-beheersorganisatie-met-hoge-billijke-vergo

Prejudiciële vragen HvJ EU 29 april 2016; IEF 15934 ; IEFbe 1792; zaak C-177/16 (Latvijas Autoru)
Mededingingsrecht (102 VWEU). Collectief beheer. Vragen over misbruik machtspositie Letse Buma/Stemra en uitleg begrip billijke vergoeding voor auteursrechten. Geen rekening houden met tarieven buurlanden. Berekening omzet voor boete. Verzoekster is de Letse BUMA/STEMRA. Zij krijgt een boete opgelegd wegens het volgens de Letse mededingingsautoriteit toepassen van onbillijk hoge vergoedingen (auteursrechten). De boete is berekend op basis van verzoeksters omzet, inclusief de als auteursvergoeding geïnde bedragen. Verzoekster kan als enige organisatie licenties verlenen voor openbare uitvoering van muziekwerken. Zij heeft al eerder (in 2008) een boete opgelegd gekregen wegens misbruik van haar machtspositie wegens de door haar gehanteerde buitensporig hoge tarieven. Ook toen werd de boete berekend op basis van haar omzet, maar exclusief de als auteursvergoeding geïnde bedragen. In 2011 heeft zij nieuwe tarieven vastgesteld, naar aanleiding waarvan verweerster in 2012 een procedure heeft ingeleid. Verweerster stelde onder meer vast dat in vergelijking met buurlanden verzoeksters tarieven aanzienlijk hoger waren en dit door verzoekster niet kon worden gerechtvaardigd. Verzoekster blijft het oneens met de door de rechter toegestane vergelijking met de buurstaten en wijst onder meer op arrest C-245/00 [IE-klassieker naburige rechten] (geen verplichting rekening te houden met tarieven van buurlanden).

IEFBE 1778

HvJ EU: Vordering billijke thuiskopiecompensatie is een verbintenis uit onrechtmatige daad volgens EEX

HvJ EU - CJUE 21 apr 2016, IEFBE 1778; ECLI:EU:C:2016:286 (Austro-Mechana tegen Amazon), https://www.ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-vordering-billijke-thuiskopiecompensatie-is-een-verbintenis-uit-onrechtmatige-daad-volgens-e

HvJ EU 21 april 2016, IEF 15903; IEFbe 1778; ECLI:EU:C:2016:286 ; C‑572/14 (Austro-Mechana tegen Amazon)
Auteursrecht. Collectief beheer. Zie eerder IEF 14608. Het hof verklaart voor recht:

Artikel 5, punt 3, EEX-Vo. moet aldus worden uitgelegd dat een vordering strekkende tot betaling van een vergoeding die verschuldigd is krachtens een nationale regeling als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, waarbij het stelsel van „billijke compensatie” wordt toegepast dat is vastgesteld in artikel 5, lid 2, onder b), van InfoSoc-richtlijn, onder het begrip „verbintenissen uit onrechtmatige daad” in de zin van artikel 5, punt 3, van deze verordening valt.

IEFBE 1676

SABAM bewijst vertegenwoordigingsmandaat en vangnetfunctie inzake het volgrecht

Hof van beroep Brussel 23 juni 2015, IEFbe 1676 (Art Research and Contact tegen SABAM)
Uitspraak en duiding aangebracht door Andries Hofkens, Sirius Legal. Volgrecht. Mandaat. Collectief beheer. Verweesde werken - opvangnet. Het betrof een kunstgalerij (en dus professionele tussenpersoon) die volgrecht verschuldigd was op de doorverkoop van enkele oorspronkelijke kunstwerken (artikel XI.175-178 WER). Hoewel de verschuldigdheid van het volgrecht op zich niet in twijfel getrokken werd, was dit wél zo met betrekking tot het mandaat van SABAM als beheersvennootschap. De galerij in kwestie wenste een bewijs van lidmaatschap van de betrokken kunstenaars in de vorm van de aansluitingsovereenkomsten. Deze bevatten echter heel wat vertrouwelijke informatie.

Het Hof oordeelde dat SABAM voldeed aan haar bewijslast omtrent haar vertegenwoordigingsmandaat door aan de in de wet omschreven publicatievereisten te voldoen: halfjaarlijkse neerlegging/bijwerking van ledenlijsten bij de Controledienst (art. 3, § 1 KB 2/8/2007), inzage in het repertoire op de zetel (art. XI.255, § 2 WER) en jaarlijkse neerlegging van lijsten van alle rechthebbenden bij de Controledienst (art. 255, § 2, laatste lid WER).

Daarnaast bevestigde het Hof eveneens de vordering van SABAM als opvangnet voor volgrechten op kunstwerken waarvan de kunstenaar/rechthebbende niet opgespoord kan worden (art. 178, § 3 WER). Een prejudiciële vraag aan het Europees Hof van Justitie omtrent het bevrijdend karakter van betalingen op de gemeenschappelijke rekening werd door het Hof afgewezen.

Thans is het volgrecht gewijzigd doordat werd overgeschakeld van een vrijwillig collectief beheer van volgrechten op een verplicht collectief beheer middels het “uniek platform” (art. 177 WER). Dit platform werd opgericht door SABAM en SOFAM en is te vinden op www.resalerights.be.

IEFBE 1663

Conclusie AG: Billijke compensatie thuiskopie uit staatskas mag, maar niet tevoren begroot

Conclusie AG HvJ EU 19 januari 2016, IEFbe 1663; C-470/14; ECLI:EU:C:2016:24 (EGEDA)
Auteursrecht. Naburige rechten. Billijke thuiskopiecompensatie gefinancieerd vanuit staatsbegroting. Zie eerder IEFbe 1065. Conclusie AG:

1) Artikel 5, lid 2, onder b), van [InfoSocRl] moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet ertegen verzet dat de daarin vermelde billijke compensatie uit de algemene staatsbegroting wordt gefinancierd.
2)  Artikel 5, lid 2, onder b), van richtlijn 2001/29 moet aldus worden uitgelegd dat het zich ertegen verzet dat het bedrag van de daarin vermelde compensatie wordt vastgesteld binnen de van tevoren per begrotingsjaar bepaalde grenzen zonder dat daarbij rekening wordt gehouden met de geraamde omvang van het door de rechthebbenden ondervonden nadeel.

 

Gestelde vragen (zie eerder IEFbe 1065) :

1) Is een stelsel inzake billijke compensatie voor het maken van thuiskopieën dat is gebaseerd op een raming van het daadwerkelijk veroorzaakte nadeel en wordt gefinancierd uit de algemene staatsbegroting, zonder dat bijgevolg kan worden gegarandeerd dat de kosten van die compensatie worden gedragen door de gebruikers van thuiskopieën, verenigbaar met artikel 5, lid 2, sub b, van richtlijn 2001/29?

2) Zo ja, is het verenigbaar met artikel 5, lid 2, sub b, van richtlijn 2001/29 dat het totale bedrag dat in de algemene staatsbegroting wordt bestemd voor de billijke compensatie voor het maken van thuiskopieën, ook al wordt het berekend op basis van het daadwerkelijk veroorzaakte nadeel, moet worden vastgesteld binnen de per begrotingsjaar bepaalde grenzen?

IEFBE 1659

Vraag gesteld aan HvJ EU over 'betaling van toegangsprijs' via 'hotel room tv'

Prejudicieel vraag gesteld aan het HvJ EU, IEFbe 1659; C-641/15 (Verwertungsgesellschaft Rundfunk)
Verwertungsgesellschaft Rundfunk, een Oostenrijkse collectieve beheersorganisatie, in een zaak tegen een hotelketen voor de vergoeding voor de uitzending van televisie content op tv's in de hotelkamers. Vraag:

Is aan de voorwaarden 'tegen betaling van een toegangsprijs' uit artikel 8 lid 3 [Richtlijn betreft verhuur-,uitleen en bepaalde naburige rechten*] voldaan indien:
- via de tv set beschikbaar in iedere kamer van een hotel, de hoteluitbater toegang tot het signaal van verschillende tv- en radiokanalen (hotel room tv) wordt gegeven en
- voor het gebruik van de kamer (inclusief hotel room tv) de hoteluitbater een vergoeding in rekening brengt, waarin ook het gebruik van de tv set en de televisie- en radiokanalen is inbegrepen?

* Artikel 8 Richtlijn Uitzending en mededeling aan het publiek lid 3.   De lidstaten kennen omroeporganisaties het uitsluitende recht toe om heruitzending van hun uitzendingen via de ether en de mededeling aan het publiek van hun uitzendingen toe te staan of te verbieden, indien deze mededeling plaatsvindt op plaatsen die tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijk zijn.

Via ipo.gov.uk:

Is the condition of ‘against [payment] of an entrance fee’ laid down in Article 8(3) of Directive 2006/115/EC of the European Parliament and of the Council of 12 December 2006 on rental right and lending right and on certain rights related to copyright in the field of intellectual property satisfied where,
•    through the TV set made available in each room of a hotel, the hotel operator provides access to the signal for various television and radio channels (‘hotel room TV’), and
•    for use of the room (including hotel room TV), the hotel operator charges a fee per room per night (room rate) which also includes use of the TV set and the television and radio channels to which access is thereby provided?