IEFBE 3736
25 april 2024
Uitspraak

Modeontwerpster kan merkgebruik verbieden op grond van niet-ingeschreven pseudoniem

 
IEFBE 3735
25 april 2024
Uitspraak

Arrest van Benelux-Gerechtshof over woordmerk NIELSON

 
IEFBE 3734
18 april 2024
Uitspraak

HvC over auteursrechten in beroepsuitoefening advocaat

 
IEFBE 2091

Sari Depreeuw - Secundaire mededelingen in hotels, cafés, kuuroorden en revalidatiecentra (maar niet bij de tandarts)

Sari DEPREEUW, "Rafael Hoteles bevestigd in Reha: secundaire mededelingen in hotels, cafés, kuuroorden en revalidatiecentra (maar niet bij de tandarts)", IRDI 2016, afl. 3, 220-228. Het Hof van Justitie heeft sinds het principearrest van 2006 in de zaak Rafael Hoteles (zaak nr. C-306/05) een indrukwekkend aantal prejudiciële vragen beantwoord over het recht van mededeling aan het publiek, zoals geharmoniseerd in Richtlijn nr. 2001/29 'Informatiemaatschappij' en, in mindere mate, in Richtlijn nr. 2006/15 'Verhuurrecht'. Meer dan vijftien jaar na het aannemen van deze richtlijn is er bij de nationale rechters nog veel onzekerheid over de draagwijdte van het begrip 'mededeling aan het publiek' in het auteursrecht en de naburige rechten.

IEFBE 2090

TV-toestel in hotelkamer is geen mededeling op een tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijke plaats

16 feb 2017, IEFBE 2090; ECLI:EU:C:2017:131 (VG Rundfunk tegen Hettegger Hotel Edelweiss), https://www.ie-forum.be/artikelen/tv-toestel-in-hotelkamer-is-geen-mededeling-op-een-tegen-betaling-van-een-toegangsprijs-voor-het-pub

HvJ EU 16 februari 2017, IEF 16594; IEFbe 2090; ECLI:EU:C:2017:131 (VG Rundfunk tegen Hettegger Hotel Edelweiss) Auteursrecht. Naburige rechten. Plaatsen die tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijk zijn – Mededeling van uitzendingen door middel van in hotelkamers aanwezige televisietoestellen. HvJ EU verklaart voor recht:

Artikel 8, lid 3, van [richtlijn 2006/115/EG], moet aldus worden uitgelegd dat de mededeling van RTV-uitzendingen door middel van in hotelkamers aanwezige televisietoestellen geen mededeling vormt die wordt verricht op een tegen betaling van een toegangsprijs voor het publiek toegankelijke plaats.

IEFBE 2089

Nietigverklaring van Gemeenschapsmodel op thermosifons voor verwarmingsradiatoren

Gerecht EU - Tribunal UE 16 feb 2017, IEFBE 2089; ECLI:EU:T:2017:87 (Antrax tegen Vasco), https://www.ie-forum.be/artikelen/nietigverklaring-van-gemeenschapsmodel-op-thermosifons-voor-verwarmingsradiatoren

Gerecht EU 16 februari 2017, IEF 16593; IEFbe 2089; ECLI:EU:T:2017:87 (Antrax tegen Vasco) In het kort: Gemeenschapsmodel. Nietigheidsprocedure. Samenstelling van de kamer van beroep, onpartijdigheid. Oudere gemeenschapsmodellen. Verzadiging van de stand van de techniek. Nietigheidsgrond. Geen eigen karakter. Antrax is houdster van gemeenschapsmodellen voor thermosifons voor verwarmingsradiatoren. Vasco vordert met succes de nietigverklaring op basis van oudere Duitse modellen. De kamer van beroep vernietigt deze beslissing op grond van ontoereikende passende motivering voor het ontbreken van nieuwheid, maar verklaart het model nietig vanwege ontbreken eigen karakter. Het Gerecht EU verwerpt het beroep.

IEFBE 2088

Hof: Teken Stitch & Glory maakt toch inbreuk op woordmerk Stitch&Co

Antwerpen - Anvers 5 sep 2016, IEFBE 2088; (Stitch&Co tegen Lazuli), https://www.ie-forum.be/artikelen/hof-teken-stitch-glory-maakt-toch-inbreuk-op-woordmerk-stitch-co

Voorz. Rechtbank van KH (en afd.) Antwerpen 21 oktober 2015 (Stitch&Co tegen Lazuli) en Hof van Beroep Antwerpen 5 september 2016, IEF 16589; IEFbe 2088 (Lazuli tegen Stitch&Co) Merkenrecht. Stitch & Co is een handelszaak die textielen en stoffen verkoopt onder het gelijkluidende ingeschreven woordmerk. Lazuli heeft ook een handelszaak en een webwinkel met een logo met de woorden "Stitch & Glory". Het logo met onderschrift 'No stitch, no glory' is geen element in het WOORDmerk STITCH&CO en zodoende is er geen sprake van een merkinbreuk.  De voorzitter stelt wel inbreuk op eerlijke marktpraktijken vast en beveelt staking. Het hof oordeelt dat er wel merkinbreuk wordt gepleegd ex 2.20.1.b. BVIE. Gelet op het minieme verschil tussen het woordmerk van geïntimeerde en het door de appellante gebruikte teken kan het publiek menen dat de betrokken waren van dezelfde onderneming afkomstig zijn. Er is wel degelijk verwarringsgevaar.

 

IEFBE 2087

Verwijdering van journalisten van tribune tijdens parlementair debat is schending EVRM

EHRM - Cour eur. D.H. 9 feb 2017, IEFBE 2087; application no 67259/14 (Selmani e.a. tegen FYROM), https://www.ie-forum.be/artikelen/verwijdering-van-journalisten-van-tribune-tijdens-parlementair-debat-is-schending-evrm

EHRM 9 februari 2017, IEF 16588; IEFbe 2087; application no 67259/14 (Selmani e.a. tegen FYROM) Mediarecht. Uit het persbericht: Selmani c.s. zijn journalisten en zijn met geweld verwijderd van de tribune van het nationale parlement weer zij verslag deden van het parlementaire debat over de Rijks begroting voor 2013. Gedurende het debat hebben leden van de oppositie verstoringen veroorzaak en zijn verwijderd door de beveiligingsmedewerkers. Verzoekers zijn geaccrediteerde journalisten en weigerden de tribune, een voor journalisten toegewezen gebied, te verlaten en werden gedwongen verwijderd. Bij het Constitutioneel Hof klagen zij over het incident en klagen ze dat er geen mondelinge zitting was om feiten aan te vechten. Er was geen indicatie dat er gevaar was van de protesten buiten het parlement of van de journalisten, enkel van de verwijderde parlementsleden. Verwijdering van de journalisten was niet noodzakelijk noch te rechtvaardigen, dat is een inbreuk op artikel 10, vrijheid van meningsuiting. Dat er - ondanks verzoek daartoe - geen mondelinge behandeling is geweest en zonder reden te geven waarom die niet noodzakelijk was, is een schending van artikel 6 (right to a fair hearing).

 

IEFBE 2085

Hoger beroep is aangekondigd.

Geregistreerd model snoerloze tafellamp maakt auteursrechtinbreuk

Brussel - Bruxelles(Fr./Nl.) 10 jan 2017, IEFBE 2085; (Neoz tegen Imagilights), https://www.ie-forum.be/artikelen/geregistreerd-model-snoerloze-tafellamp-maakt-auteursrechtinbreuk

NL Rechtbank van KH Brussel 10 januari 2017, IEFbe 2085 (Neoz tegen Imagilights) Modelrecht. Auteursrecht. Neoz produceert onder meer snoerloze tafellampen voor restaurants, hotels, architecten en interieurontwerpers en heeft daarvoor Modelrechten vanaf 2012 ingeschreven voor de tafellamp 'Cooee'. Imagilights produceert herlaadbare snoerloze verlichtingsoplossingen. Gedaagde lanceert een collectie die treffend gelijkt. Deze collectie is gebaseerd op een uit 2008 gedateerde ontwerpen met snoer, die in 2015 zijn omgevormd tot een snoerloos model. Gedaagde roept de nietigheid van het model in. Artikel 25.1, f) GMV komt erop neer dat degene die het artikel inroept aantoont dat het latere model gebruik maakt van een werk dat volgens het recht van een lidstaat voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt. Het gebrek aan commercialisatie van de 2008-ontwerpen in de periode tussen de creatie in 2008 en de door eisende partij ingeroepen voorrangsdatum is niet relevant. Het Belgisch auteursrecht legt immers geen enkele voorwaarde van commercialisatie of publiek gebruik op voor het bestaan of inroepen van auteursrecht. Het Divulgatierecht (recht om een werk al dan niet in openbaarheid te brengen) maakt zelfs expliciet deel uit van het Belgisch auteursrecht. Tot slot verbiedt de Berner Conventie om genot of uitoefening afhankelijk te maken va enige formaliteit. De 'Cooee'-collectie maakt auteursrechtinbreuk. De modelrechten van eisende partij worden nietig verklaard.

IEFBE 2084

Wijzigingen betreffende het BMM-Keurmerk

Het Reglement op het Gebruik en Toezicht van het Keurmerk is op bepaalde onderdelen aangepast en de Regeling Vakbekwaamheid BMM-Keurmerk is ingevoerd. De Regeling is per 1 januari 2017 ingegaan. Keurmerkhouders zullen begin 2018 voor het eerst opgave doen van het aantal behaalde punten (12) onder genoemde Regeling. In die Regeling is onder andere opgenomen dat elke Keurmerkdrager vóór 15 februari het over het afgelopen jaar aantal behaalde punten doorgeeft aan het secretariaat. Erkend gemachtigden ontvangen daartoe tijdig een uitnodiging.

En français: Il y a plusieurs modifications concernant la marque de certification...

IEFBE 2083

Inbreukverbod op LIEF! door teken LIEFDIER voor dierenaccessoires

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 2 feb 2017, IEFBE 2083; ECLI:NL:RBDHA:2017:921 (LIEF! tegen LIEFDIER), https://www.ie-forum.be/artikelen/inbreukverbod-op-lief-door-teken-liefdier-voor-dierenaccessoires

Vzr. Rechtbank Den Haag 2 februari 2017, IEF 16574; IEFbe 2083; ECLI:NL:RBDHA:2017:921 (KFH/LIEF! tegen IJsvogel) Uniemerkenrechten. KFH is houdster van Uniewoordmerken LIEF! ook voor dierenaccessoires. IJsvogel brengt een magazine uit voorzien van het logo LIEF DIER en een 'Lief Dier collectie' van kussens voor honden of katten. Het merk LIEF! is geldig. LIEF in LIEF DIER heeft, zoals IJsvogel ook aanvoert, een specifieke betekenis, omdat het doorgaans verwijst naar een eigenschap van het dier waarvoor het dierenaccessoire is bestemd. Zo kan het merk LIEF! ook worden opgevat, derhalve is er - naast de vidueel en auditieve - ook conceptuele overeenstemming. Een punt van verschil is het ontbreken van het uitroepteken in LIEF DIER. Ten opzichte van de hiervoor vermelde punten van overeenstemming, legt dit verschil evenwel onvoldoende gewicht in de schaal. Inbreukverbod met nevenvorderingen wordt toegewezen tegen gedaagde partij die voor soortgelijke dierenaccessoires teken LIEFDIER gebruikt.

IEFBE 2082

Conclusie mede ingezonden door Bastiaan van Ramshorst, stichting BREIN.

Conclusie AG: Indexeren bestanden in peer-to-peernetwerk met een zoekmotor is mededeling aan het publiek, indien beheerder op de hoogte was van inbreuk

HvJ EU - CJUE 8 feb 2017, IEFBE 2082; ECLI:EU:C:2017:99 (Stichting Brein tegen Ziggo-XS4ALL), https://www.ie-forum.be/artikelen/conclusie-ag-indexeren-bestanden-in-peer-to-peernetwerk-met-een-zoekmotor-is-mededeling-aan-het-publ

Conclusie AG HvJ EU 8 februari 2017, IEF 16572; IEFbe2082; IT 2220; ECLI:EU:C:2017:99; C-610/15 (Stichting Brein tegen Ziggo-XS4ALL) Auteursrecht. Peer-to-peer. Zie eerder IEF 13467, IEF 14976; IEF 15422. Indexeringssite met behulp waarvan beschermde werken zonder toestemming van rechthebbenden kunnen worden gedeeld – Artikel 8, lid 3 – Gebruik door een derde van diensten van een tussenpersoon om inbreuk te maken op het auteursrecht – Verzoek om een verbod. Conclusie AG:

Het feit dat een beheerder van een website het mogelijk maakt bestanden te vinden die auteursrechtelijk beschermde werken bevatten en ter uitwisseling worden aangeboden in een peer-to-peernetwerk, door deze bestanden te indexeren en hiervoor te voorzien in een zoekmotor, vormt een mededeling aan het publiek in de zin van artikel 3, lid 1 [InfoSocRichtlijn], indien deze beheerder ervan op de hoogte was dat een werk beschikbaar werd gesteld op het netwerk zonder toestemming van de auteursrechthebbenden en hij niet heeft gereageerd om dit werk ontoegankelijk te maken

IEFBE 2081

HvJ EU: Prijsvergelijking tussen winkels van andere omvang en type kan onrechtmatig zijn

HvJ EU - CJUE 8 feb 2017, IEFBE 2081; ECLI:EU:C:2017:95 (Carrefour Hypermarchés), https://www.ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-prijsvergelijking-tussen-winkels-van-andere-omvang-en-type-kan-onrechtmatig-zijn

HvJ EU 8 februari 2017, IEFbe 2081; RB 2814 ; ECLI:EU:C:2017:95; C-562/15 (Carrefour Hypermarchés)
Persbericht: Vergelijkend adverteren gebaseerd op prijzen tussen winkel met een ander omvang en type is in bepaalde omstandigheden onrechtmatig. Op deze wijze adverteren is ook misleidend indien de consument niet duidelijk geïnformeerd wordt in de advertentie over het verschil in grootte en opmaak van de winkels waartussen wordt vergeleken. HvJ EU:

Artikel 4, onder a) en c), van [richtlijn 2006/114/EG], gelezen in samenhang met artikel 7, leden 1 tot en met 3 van[richtlijn oneerlijke handelspraktijken], dient aldus te worden uitgelegd dat als ongeoorloofd in de zin van eerstgenoemde bepaling kan worden aangemerkt, een reclameboodschap zoals die welke aan de orde is in het hoofdgeding, waarin de prijzen worden vergeleken van winkels van verschillende omvang of van een verschillend type, wanneer deze winkels behoren tot bedrijven die elk een reeks winkels van verschillende omvang en type bezitten en de adverteerder de prijzen die worden toegepast in de winkels van grotere omvang of een groter type van zijn distributieketen vergelijkt met die welke zijn genoteerd in de winkels van kleinere omvang of een kleiner type van de concurrerende ketens, tenzij de consument er in de reclameboodschap zelf duidelijk van op de hoogte wordt gebracht dat het een vergelijking betreft van de prijzen die worden toegepast in de winkels van grotere omvang of een groter type van de adverteerder en de prijzen die zijn genoteerd in de winkels van kleinere omvang of een kleiner type van de concurrerende bedrijven.