Geen normaal gebruik aangetoond voor koalakoekjes

Gerecht EU 12 juli 2018, IEF 17857; IEFbe 2665; T-41/17; ECLI:EU:T:2018:438 (Lotte Co. tegen EUIPO) Lotte is een Japanse onderneming die actief is in de zoetwarenbranche en vraagt een Gemeenschapsbeeldmerk voor een figuur van een koala. Tegen deze inschrijving werd door Neste Schöller met succes oppositie gevoerd. De oppositie was met name gebaseerd op het drie-dimensionale merk van Nestlé Schöller uit 1988 (nr. 1123092). De kamer van beroep achtte dat Nestlé Schöller toch niet het bewijs van normaal gebruik van het oudere merk bewezen had. Het Hof wees het beroep van Nestlé Schöller hiertegen toe. De procedure werd hervat voor de kamer van beroep en de oppositiebeslissing werd vernietigd. In deze procedure staat het normaal gebruik van het oudere merk en het belang van dergelijk gebruik centraal. In de bestreden beslissing is ten onrechte aangenomen dat het bewijsmateriaal voldoende was om normaal gebruik vast te stellen. Het belang van het gebruik wordt voorts beoordeeld aan de hand van de hoeveelheid verkopen en andere relevante factoren. De geringe hoeveelheden die van het oudere merk werden verkocht, werden niet gecompenseerd door een hoge intensiteit of grote mate van consistentie in verkoop. Het gebruik kan niet worden beschouwd als een normaal gebruik. De bestreden beslissing wordt vernietigd.
F-cars heeft zich schuldig gemaakt aan illegale depollutie en maakt daarmee inbreuk op de eerlijke marktpraktijken

Voorz. Rechtbank van Koophandel Antwerpen (afd. Tongeren) 24 november 2017, IEFbe 2648 (Febelauto tegen F-cars) Marktpraktijken. F-cars is een vennootschap die werd opgericht voor de uitbating van een garage en carrosseriebedrijf. De zaakvoerder van F-cars is eveneens zaakvoeder van F-parts, een firma die in het verleden voertuigen demonteerde en deze onderdelen verhandelde zonder over de nodige vergunningen te beschikken. F-parts is hiervoor veroordeeld op correctioneel en burgerlijk vlak. Febelauto houdt in deze zaak voor dat F-cars de activiteiten van F-parts zou verderzetten en daarmee schade toebrengt aan de leden van Febelauto. Uit verschillende vaststellingen door toezichthouders blijkt dat F-cars zich schuldig heeft gemaakt aan illegale depollutie van afgedankte voertuigen. De vordering van Febelauto is gegrond verklaard. De handelingen van F-cars maken oneerlijke marktpraktijken uit.
Klantenbestand van online drukkerij is een databank: inbreuk op het sui generis-recht van de producent

Hof van beroep Antwerpen 4 december 2017 en Voorz. Rechtbank van Koophandel Antwerpen (afd. Antwerpen) 20 april 2016, IEFbe 2647 (Printalert tegen Flyer, Printconcept.be en Flugia) Marktpraktijken. Printalert is een drukwerkmakelaar op de markt van het online drukwerk. Flyer en Printconcept.be zijn online drukkerijen, die beide zijn ondergebracht onder de holding Flugia. Flugia c.s. houden voor dat de appellante op onrechtmatige wijze gebruik maakt van hun klantenbestand. De eerste rechter heeft geoordeeld dat het klantenbestand van Flugia c.s. een databank is en dat zij het sui generis-recht kunnen inroepen. Printalert maakt op onrechtmatige wijze gebruik van de gegevens uit dat bestand. Het hof bevestigt het bestreden vonnis en sluit zich aan bij de motivering van de eerste rechter dat er sprake is van een databank. Een deskundige heeft vastgesteld dat er een aanzienlijke mate van overeenstemming is tussen de klantenbestanden van beiden en dat Printalert de gegevens heeft gebruikt bij mailings. Het gaat om een overlapping van 22,8%. Bijgevolg is er sprake van het hergebruik van een in kwantitatief opzicht substantieel deel van de inhoud van de databank van Flugia c.s. Er wordt bevestigd dat Printalert de eerlijke marktpraktijken schendt. Derhalve is er geen reden om het opgelegde stakingsbevel te beperken of te herformuleren.
Verzoekschrift tot beslag inzake namaak van paardenwagens is niet-ontvankelijk, want geen juiste NACEBEL-codes

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 28 november 2017, IEFbe 2646 (Stephex tegen Krismar en Steels Constructions) Procesrecht. Niet-ontvankelijk. Beide partijen zijn actief op de Belgische markt voor paardenvrachtwagens. Zij maken deze wagens op maat van en in samenspraak met de klant. Stephex legde in 2017 een verzoekschrift tot beslag inzake namaak neer, wat werd toegewezen. Krismar tekende derdenverzet aan. Om het derdenverzet niet al haar nut te ontnemen, kwamen de partijen op de zitting tot een akkoord om de deskundige te verzoeken in zijn verslag geen opgave te doen van de namen van klanten van Krismar. In casu is artikel 875bis, 2e al. Ger. W. van toepassing. De stakingsrechter moet derhalve eerst over de ontvankelijkheid van de vordering uitspraak doen. De vordering moet gebaseerd zijn op de activiteiten en het maatschappelijk doel waarvoor de onderneming op het moment van neerlegging was ingeschreven in de KBO. Indien er betwisting bestaat, moet de rechter nagaan welke activiteiten de onderneming daadwerkelijk uitoefent. Stephex was niet ingeschreven voor de juiste NACEBEL-codes. Het verzoekschrift tot beslag inzake namaak is derhalve niet-ontvankelijk.
EHRM: Vrijheid van meningsuiting geschonden van Pussy Riot tijdens optreden in Kathedraal

EHRM 17 juli 2018, IEF 17849; IEFbe 2662; Application no. 38004/12 (Pussy Riot tegen Rusland) Vrijheid van meningsuiting. Mediarecht. Uit het persbericht: de zaak betrof een veroordeling van drie leden van de Pussy Riot-punkband omdat ze in 2012 één van hun protesliederen in de Kathedraal in Moskou uitvoerden. De rechtbanken oordeelden met name dat hun uitvoering aanstootgevend was. En verbood de toegang tot video-opnamen omdat ze 'extremistisch' waren. Het Hof oordeelde dat een schending van gedragsregels in een religieuze plaats (Kathedraal) gerechtvaardigd was maar ze veroordeelden de bandleden tot een gevangenisstraf omdat ze felgekleurde kleding aanhadden, met hun armen en benen zwaaiden en grof taalgebruik hadden. Het EHRM oordeelde dat er een overtreding van de vrijheid van meningsuiting van de bandleden. Het Hof heeft nagelaten om de tekst of de context van het lied te analyseren.
Quasi identieke brilmonturen kwalificeren als namaak en zijn een schending van de eerlijke marktpraktijken

Hof van beroep Gent 18 december 2017, IEFbe 2644 (M&M tegen Matthieu Duchene Design) De redactie is op zoek naar: Tussenarrest Hof van beroep Gent 3 april 2017 en Rechtbank van Koophandel Gent (afd. Gent) 13 november 2014, om deze aan dit bericht toe te voegen redactie@ie-forum.be. M&M heeft op 29 januari 2012 van elk type brilmontuur van Matthieu Duchene Design, waaronder de “Menthe” en “Basilic” één exemplaar gekocht en heeft daarna de eigen quasi identieke monturen op de markt gebracht. M&M betwist het bestaan van het auteursrecht van Matthieu Duchene Design op de “Menthe” en “Basilic”. Schetsen en het merk op het montuur bewijzen echter voldoende dat zij de auteursrechthebbende persoon is. Het montuur Menthe is een eigen intellectuele schepping. Bijgevolg is dat dit model origineel is in de zin van de wet. Met het montuur “PD 6195” maakt M&M derhalve inbreuk op het montuur “Menthe”. Bij een globale indruk, op een normaal aandachtige brilkoper, zijn de monturen identiek te noemen. Er is sprake van namaak. De handelswijze van M&M is een vorm van onrechtmatige mededinging. Er is sprake van een schending van de eerlijke marktpraktijken.
Gemeenschapsmodel is nietig, want uiterlijk identiek model al eerder gepubliceerd in tijdschrift

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 21 december 2017, IEFbe 2643 (De Nieuwe Smid tegen Verweerder) Modellenrecht. Beide partijen zijn smid. Zij positioneren zich op de markt van de smeedijzeren terrasoverkappingen en veranda’s. Verweerder was in dienst bij De Nieuwe Smid en heeft daarna zijn eigen zaak opgestart. De Nieuwe Smid laat in 2016 het gemeenschapsmodel (nr. 003399245-0001) inschrijven en meent dat twee constructies op de website van Verweerder inbreuk maken op haar gemeenschapsmodel. Ook wordt Verweerder oneerlijke handelspraktijken en parasitair gedrag verweten. Een uiterlijk identiek model is echter in 2012 al openbaar gemaakt in de wintereditie van een tijdschrift. Het gemeenschapsmodel van De Nieuwe Smid wekt geen verschillende algemene indruk op bij een geïnformeerde gebruiker. Het is niet nieuw en heeft geen eigen karakter. Het gemeenschapsmodel is nietig. In die omstandigheden kan Verweerder geen inbreuk maken op het model.
Cava niet succesvol in beroep tegen beeldmerk Cave de tain

Gerecht EU 12 juli 2018, IEF 17832; IEFbe 2660; T‑774/16; ECLI:EU:T: 2018:441 (Cave de Tain tegen EUIPO) Merkenrecht. Consejo heeft een aanvraag voor een EU beeldmerk 'Cave de Tain' ingediend. Cava vordert nietigheid van het merk op grond van haar beschermde oorsprongsbenaming. EUIPO heeft het beroep verworpen. Cava vordert bij het Gerecht EU vernietiging van de beslissing. Het Gerecht EU bevestigt de beoordeling van de kamer van beroep. Het betwiste merk zal door zijn structuur door de consument, ongeacht de talenkennis, worden begrepen als betrekking hebbend op een wijn geproduceerd in Frankrijk, in de regio of plaatsnaam die in het merk staat. Het Gerecht EU wijst de vordering af.
Jugement envoyée par Pascal Leduc, Sybarius.
'La brasserie de la Haute-Senne' porte atteinte aux droit exclusifs de la Brasserie de la Senne

Tribunal de commerce de Hainaut, div. Mons 18 mai 2018, IEFbe 2659 (Brasserie de la Senne contre Brasserie de la Haute Senne (sprl Walweb) Pratique honnêtes du marché. Protection du nom commercial. L'activité de la SPRL Brasserie de la Senne est le brassage de bières sous les noms Jambe-de-Bois , Stouterik, Zinnebir et Taras Boulba. La SPRL Walweb exploite une micro-brasserie sou la dénomination « Brasserie de la Haute Seine » et commercialise quatre bières de fabrication artisanale dénommées Gold, Eboy, Ivory et Copper. Pour chaque bière, l'étiquette reprend une description du produit introduite par les termes "La brasserie de la Haute-Senne présente avec (nom de la bière), une bière...". Le tribunal constate qu'en faisant usage de la dénomination "Brasserie de la Haute Senne" en vue de désigner l’entreprise qui commercialise les bières qu'elle vend, la SPRL Walweb porte atteinte aux droits exclusifs de la Brasserie de la Senne sur sa dénomination commerciale et se rend coupable d'infraction à l'article 8 du Traité de l'Union de Paris, à l'article VI 104 du Code de Droit Economique et aux pratiques loyales du marché. Le tribunal condamne la SPRL Walweb à cesser tout usage de la dénomination incriminée, sous peine d'une astreinte de €250,00 par jour de retard pour toute publication interdite sur tout document dont elle a directement ou indirectement la maîtrise.
Gemeenschapsmodellen betonplaathouder rechtsgeldig, want geen reconventionele vordering tot nietigverklaring ingesteld

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 28 december 2017, IEFbe 2642 (Del Ponti tegen Metafan en Goel & Goel International) Modellenrecht. Del Ponti is een spuitgieterij en ontwikkelt onder meer ten behoeve van betonnen hekwerken de volgende betonplaathouders. De voormelde betonplaathouders zijn beschermd middels geregistreerde Gemeenschapsmodellen (nummer 001107981-0001 en 001277388-0002). Metafan was in het verleden afnemer van voormelde betonplaathouders van Del Ponti. Del Ponti stelt dat Metafan inbreuk pleegt op hun gemeenschapsmodellen door producten op de markt te brengen, die zij zou invoeren uit India. De gemeenschapsmodellen zijn rechtsgeldig, want er is geen reconventionele vordering tot nietigverklaring ingesteld. De inbreuk wordt niet betwist door Metafan. De vordering is gegrond verklaard. De rechten van Del Ponti worden afdoende beschermd door het opleggen van een stakingsbevel in combinatie met een dwangsom en terugroepingsmaatregel. Bijkomende maatregelen inzake publicatie zijn niet van aard dat zij de gewraakte daad kunnen doen ophouden.