Auteursrecht - Droit d'auteur  

IEFBE 699

La contrefaçon Trait d'Esprit est établie

Cour d'appel de Bruxelles 8 mars 2013, IEFbe 699 (Les opéras en plein air contre Trait d'Esprit)
Décision envoyée par Sandrine Carneroli, Berenboom. Arrêt definitif. Droit d'auteur. Logo. Adaptation. Emprunt des éléments originaux. Contrefaçon. Dès lors que l'oeuvre de Trait d'Esprit a été reproduite à l'identique sans l'autorisation de l'auteur, la contrefaçon est établie. Au demeurant, l'association ne fait valoir aucun droit sur cette oeuvre, se contentant de contester l'imputabilité de la contrefaçon.

10. Le logo créé par Trait d'Esprit est une oeuvre originale.
En effet, pour bénéficier de la protection de la loi du 30 juin 1994 relative au droit d'auteur et aux droits voissins (LDA), il est nécessaire mais suffisant de prouver que l'oeuvre soit une < création intellectuelle propre à son auteur > (CJUE, 16 juilliet 2009, C-5/08, Infopaq, point 37)

Tel est le cas en l'espèce puisque la mise en forme du nom de l'événement (si ce n'est de la dénomination de l'association) est une oeuvre de l'esprit où le créateur est allé au-delà du savoir-faire technique, même de talent (Cass.,25 octobre 1989, Pas.,I, 239).

L'originalité n'est d'ailleurs pas contestée.

Dès lors que l'oeuvre de Trait d'Esprit a été reproduite à l'identique sans l'autorisation de l'auteur, la contrefaçon est établie. Au demeurant, l'association ne fait valoir aucun droit sur cette oeuvre, se contentant de contester l'imputabilité de la contrefaçon.
IEFBE 697

Auteursrechtinbreuk beeldhouwwerk &quot;De Wereldburger&quot; gegrond

Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen 25 februari 2013, IEFbe 697 (De Wereldburger)
Uitspraak mede ingezonden door Patrick Verachtert en Gregory Appeltans, Servilex Advocaten. Tegen dit vonnis is hoger beroep ingesteld bij het Hof van Beroep Antwerpen. Auteursrecht. Inbreuk. Beeldhouwwerk "De Wereldburger". Keramieken of bronzen wereldbol met opklimmende personages "survivals" genoemd. Zeer sterk gelijkende creaties. Gegrondverklaring.

Dat de originaliteit van de creaties van eisende partij bestaat uit een combinatie van verschillende elementen zoals de wereldbol en de erop klimmende of zittende figuren die de originaliteit en de intellectuele inspanning van eisende partij aantonen.
Dat de creaties van eisende partij het leven op onze aardbol voorstelt en eisende partij door de opklimmende mannetjes "survivals" wil duidelijk maken dat niemand een grote hindernis alleen aankan.
Dat in casu het werk "De Wereldburger" van eisende partij de uitdrukking is van een intellectuele inspanning waardoor dit werk het vereiste individueel karakter heeft.
Dat het werk "De Wereldburger" de stempel draagt van de persoonlijkheid van eisende partij en derhalve auteursrechtelijk beschermd is.
IEFBE 690

Vorderingen rechten op designverlichting Mushroom gegrond

Hof van Beroep Brussel 26 juni 2012, IEFbe 690 (PITS-Modular Lighting Instruments tegen Aluci N.V. c.s.)
Hoogtechnologische architecturale designverlichting. Modellenrecht. Auteursrecht. Beroep Modular gegrond. Stelt vast dat GBO een inbreuk pleegt op de intellectuele rechten van Modular [..] door schetsen, ontwerpen, tekeningen e.a. van een model "Halo-Disc" commercieel aan derden aan te bieden of het te laten doorgaan als een eigen intellectuele creatie.

Betreffende de vordering tegen Aluci en Bis Lighting
Stelt vast dat Aluci en Bis Lighting een inbreuk plegen op de intellectuele rechten van Modular [..] door de Mushroom te koop aan te bieden en hiervoor reclame te maken, en voor Bis Lighting, tevens door de Mushroom in het kader van een ruilovereenkomst aan de VRT ter beschikking te stellen.

Beveelt aan Aluci en Bis Lighting om:
- Onmiddellijk elke vervaardiging, invoer, uitvoer, verhandeling en publiciteit, onder meer via hun website, m.b.t. de inbreukmakende modellen te staken;
- Met onmiddellijke ingang alle bestellingen voor de inbreukmakende modellen te annuleren, en aan haar wederverkopers een aangetekende brief te richten met het verzoek de exemplaren die reeds aan hen werden geleverd, terug te geven;

Dit voor de hele Europese Unie (voor de modelrechten) dan wel voor België (voor de auteursrechten) en vanaf de vijfde werkdag na de betekening van het arrest, op straffe van een dwangsom van 10.000 euro per afzonderlijke inbreuk en per dag dat deze inbreuk voortduurt.

Veroordeelt Bis Lighting om gedurende 14 opeenvolgende dagen op haar openingspagina ('homepage') van haar website www.bislighting.be, bovenaan de pagina, de volgende tekst op te nemen in een duidelijk en voldoende leesbaar lettertype , zonder enige commentaar en zonder dat in enigerlei zin aan het doel en de strekking van de publicatie afbreuk wordt gedaan [..].

Betreffende de vordering tegen de VRT:
Stelt vast dat de VRT een inbreuk pleegt op de intellectuele rechten van Modular [..] door de Mushroom te gebruiken voor de opnames van het televisieprogramma "Ook getest op mensen" en aan het publiek mee te delen door de uitzending ervan.
[..]
Betreffende de vordering tegen GBO:
Stelt vast dat GBO een inbreuk pleegt op de intellectuele rechten van Modular [..] door schetsen, ontwerpen, tekeningen e.a. van een model "Halo-Disc" commercieel aan derden aan te bieden of het te laten doorgaan als een eigen intellectuele creatie.
IEFBE 689

Art appliqu&eacute; de Media Advertising

Cour d'appel de Bruxelles 19 avril 2012, IEFbe 689 (Media advertising c.s. contre Visibuzz c.s.)
Décision aussi envoyée par Claude Katz, Katz-law. Arrêt definitif. Réformation partielle. Droit d'auteur. Art appliqué. Originalité. Conditions. Pratiques de marché. Actes contraires aux pratiques honnêtes. Copie. Conditions. Publicité trompeuse. Offre d'un produit non disponible.

1. Sur le modèle Panoramique
[..] C'est donc à bon druit que le premier juge a dit que la demande sur ce point n'était pas fondée.

2. Sur le modèle Panoramique Light
[..] Il y a contrefaçon. Il est cependant sans intérêt d'ordonner [..] contrefaissant puisque celui-ci n'a pas été construit.

Quant aux mesures ordonnées par le premier juge, elles sont en revanche de nature à prévenir tout acte de contrefaçon et doivent, dès lors, être confirmées. Au demeurant, il convient de rappeler que l'ordre de cessation peut engendrer une obligation de faire ce qui implique que le juge de la cessation a le pouvoir d'ordonner des mesures positives. Il lui appartient en effet d'apprécier concrètement comment mettre fin au comportement prohibé. [..]

L'appel incident sur ce point n'est pas fondé.

3. Sur le modèle Concave
[..] Il n'est donc pas prouvé que les appelants aient qualité pour introduire la demande est celle-ci doit donc être déclarée non fondée pour ce motif également.

4. Sur le modèle Showroom
[..] Enfin, tout comme pour le modèle Concave, les appelants ne prouvent pas que [..] serait l'autuer de ce type de camion -à le supposer original- et qu 'Euromobile et Media Advertising en seraient les ayants droit.

L'appel sur ce point n'est pas fondé.

5. Sur la demande reconventionnelle en nullité du dessin ou modèle
Il s'ensuit que l'appel incident relatif à la demande reconventionnelle n'est pas fondé.

6. Sur la concurrence déloyale
[..] Les appelants font frief à Glu4:

- d'avoir violé des engagements de confidentialité et de non concurrence souscrits par un certain [..];
- de s'être rendue coupable de parasitisme en copiant servilement ses produits et en pillant systématiquement sa stratégie commerciale;
- de créer la confusion dans l'esprit du public;
- d'avoir pu offrir des conditions promotionelles grâce à ses comportements illégaux;
de faire de la publicité trompeuse.

7. Sur les dépens
Dès lors que les appelants n'obtiennent gain de cause que sur un seul chef de demande et succombent sur les autres, et que les intimées succombent sur leur appel incident, il convient de compenser en partie les dépens d'appel et de réduire le montant de l'indemnité de procédure demandée pas les appelants.

IEFBE 688

Onrechtmatige boodschap ETT dat keramiekmarkt Maaseik niet kon doorgaan

Hof van Beroep Antwerpen 12 januari 2012, IEfbe 688 (ETT e.a. tegen de stad Maaseik)
Uitspraak mede ingezonden door Dascha Mengels en Jan Peeters, Integra advocaten en Stefan Van Camp en Geert Somers, time.lex. Vorderingen eiser afgewezen. Geen reputatieschade. Geen auteursrechtinbreuk. Vordering verweerder deels toegewezen: te kwader trouw domeinnaamregistratie door ETT. De stad Maaseik gerechtigd zich te verzetten tegen de opname van de stadsnaam in de domeinnamen.

7. Ongeacht of de stad Maaseik al dan niet onrechtmatig gewag kon maken van de door haar georganiseerde markt als de 21ste keramiekmarkt was de boodschap van ETT en [..] dat deze markt niet zou doorgaan onrechtmatig.

ETT en [..] erkennen het recht van de stad Maaseik om een keramiekmarkt te organiseren. Dat gewag werd gemaakt van het feit dat het om de 21ste editie ging liet aan ETT en [..] niet toe aan te kondigen dat die markt niet zou doorgaan. Zij hadden hun boodschap moeten beperken tot hetgeen zij als onrechtmatig aanklagen.

Door te melden dat de markt om organisatorische redenen niet zo doorgaan hebben zij verkeerde informatie verspreid. Zij kunnen zich er zich dan ook niet op beroepen alleen te hebben willen aankondigen dat "hun" markt niet zou doorgaan. Zij hebben bewust verwarring gezaaid. Om deze redenen is de fout in hoofde van ETT en [..] bewezen.

8. De stad Maaseik bewijst niet schade te hebben geleden in oorzakelijk verband met deze fout.

13. Volgens de stad Maaseik heeft ETT te kwader trouw domeinnamen laten registreren: keramiekmarkt, europesekeramiekmarkt, internationalekeramiekmartkt, keramiekmarktmaaseik, maaseikkeramiekmarkt, maaseikerkeramiekmarkt en maaseiksekeramiekmarkt. Zij vordert de staking van het gebruik en vordert de overdracht van deze domeinnamen.

De stad Maaseik gerechtigd zich te verzetten tegen de opname van de stadsnaam in de domeinnamen.

IEFBE 687

Emprunt des &eacute;l&eacute;ments originaux

Cour d'appel de Bruxelles 26 janvier 2012, IEFbe 687 (Creations Nelson contre MNG-Mango)
Arrêt définitif. Dessins et modèles. Droit d'auteur. Article de mode. Contrefaçon. Emprunt des éléments originaux. Notions. Pratiques de marché. Concurrence déloyale. Copie. Parasitisme. Conditions.

1. Sur la protection invoquée au titre de dessin et modèle 
Il est vrai que la combinaison d'éléments non originaux peut conférer à l'ensemble un caractère original. Mais, avaot tout, ce qui frappe dans le dessin de la robe Tardive, même pour une pemonne non avertie, c'est sa textue, son boutonnage frontal apparent et ses coutues verticales formant trois pans de tissu éléments décoratifs qui ne se retrouvent pas dens la robe Toko, cousue d'un seul tenant avec une patte de boutonnage entièrement dissimulée. Les différences l'emportent donc sur les ressemblances et elles ne sont pas insignifiantes. Il s'en déduit qu'il ne peut être soutenu que le dessin ou le modèle de robe, tel qu'il a été enregistré par Nelson à l'OHMI, a été incorporé dans le produit allégué de contrefaçon. L'appel sur ce point n'est pas fondé.

2. Sur la protection invoquée au titre du droit d'auteur
 Vainement Nelson invoque-t-elle une similitude de couleur: outre qu'elle reconnaît que la couleur est indifférente pour apprécier la contrefaçon, il convient de constater que la robe Tardive est de couleur gris foncé en raison d'ua tissage réalisé au moyen de fils noirs et blancs, alors que la robe Toko est d'un gris plus clair, sans fils blancs. Il s'en déduit que, dans la mesure où les deux robes s'inscrivent dans le cadrc générique des robes chemisier, le consommateur moyen peut considérer que l'impression d'ensemble qu'il tire de celles-ci est différente et que, partart, la robe Toko n'est pas une contrefaçon de la robe Tardive. Comme il n'existe pas de ressemblances pertinentes, il est sans intérêt de statuer sur une éventuelle création indépendante. 

L'appel sur ce point n'est pas fondé.

4. Sur l'application de la loi sur les pratiques du marché
Encore que la preuve d'un dommage ne constitue pas une condition nécessaire du bien fondé d'une action en cessation d'actes contafues aux pratiques du marché [..],il convient, surabondamment, de constater que le fait que la robe Toko a été proposée un an après la robe Tardive tend au contraire à démontrer l'absence de préjudice dans le chef de Nelson puisqu'elle ne commercialisait plus sa robe au moment de lancement du produit concurrent et ne courait donc plus aucun risque que sa clientèle soit détournée de son choix premier en raison d'un produit semblable offert à moindre prix. En ce qu'elle s'appuie sur la L.P.M.C., la demande n'est pas fondée.

IEFBE 680

Lamp is niet nieuw of origineel, wel beschrijvend, dus niet onderscheidend

Voorz Rechtbank van Koophandel Gent 6 september 2013, IEFbe 680, A/12/04331 (NV Dark at night tegen BVBA De Wever & Ducré)
Uitspraak ingezonden door Eric De Gryse en Tineke Van Hoey, Simont Braun. Geen auteursrecht/ Niet-ingeschreven gemeenschapsmodel/ marktpraktijken. UvP. Ontwerp Lampen. Dark at Night vordert verbod op inbreukmakende verhandeling van alle lampen "Lope" door "Loop". Ondanks de veelheid aan (uitvoerings)vormen die een lamp kan aannemen betreft Lope een zeer strak gestileerde, door haar eenvoud opvallende lamp. Nieuwheid is in beginsel geen criterium om een werk auteursrechtelijk te beschermen; de begrippen nieuwheid en originaliteit vallen niet samen. Door anterioriteiten wordt vastgesteld dat de Loop in 2008 een variant betreft van een op dat ogenblik reeds gekend en zelfs kennelijk gangbare vorm; geen auteursrechtelijke bescherming.

Geen schending wet marktpraktijken. Wegens gebrek aan bewijs kan een beroep op 10bis 3 UvP niet slagen. Dark at Night kan niet van twee walletjes eten door te erkennen dat de naam Lope louter beschrijft en anderzijds "onmiskenbaar" onderscheidend vermogen heeft. Vorderingen worden afgewezen.

IEFBE 664

Vraag aan HvJ EU: Kan van het volgrecht contractueel worden afgeweken?

Prejudiciële vraag gesteld aan HvJ EU 22 januari 2014, zaak C-41/14 (Christie’s France) - dossier
Prejudicieel verzoek van Cour de cassation, Frankrijk. Volgrecht. Verzoekster heeft een veilinghandel. Het Syndicat national des antiquaires (SNA, verweerder) heeft een vordering tegen verzoekster ingesteld omdat zij in strijd met het Franse Wetboek Intellectuele Eigendom zou handelen door in haar algemene verkoopvoorwaarden een beding in te voegen dat de betaling van het volgrecht bij de koper legt. SNA stelt dat dit een daad van oneerlijke mededinging is en vraagt vernietiging. De Hof van Beroep verklaart het beding nietig, maar verzoekster gaat in cassatie omdat in de Franse regeling ter omzetting van Richtlijn 2001/84 niet verder is gepreciseerd of beperkt wie het volgrecht dient te voldoen.

De wetshistorie sluit contractueel regelen niet uit. Het Appelhof ziet (op 12 december 2012) echter geen ruimte in de Franse regeling noch in de Richtlijn om het volgrecht contractueel te regelen. Daarmee negeert zij volgens verzoekster een advies uit 2008 van de Europese Commissie waarin die stelt dat partijen vrij zijn om het volgrecht contractueel te regelen, maar dat dit de door de Franse wet opgelegde verplichtingen onverlet laat.

De verwijzende Franse cassatierechter legt de volgende vraag aan het HvJ EU voor:

“Moet de in artikel 1, lid 4, van richtlijn 2001/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 betreffende het volgrecht ten behoeve van de auteur van een oorspronkelijk kunstwerk neergelegde regel dat het volgrecht ten laste van de verkoper komt, aldus worden uitgelegd dat de verkoper uiteindelijk de kosten van dat recht draagt, zonder dat daarvan contractueel kan worden afgeweken?”

 

IEFBE 662

Simulcastuitzending geen nieuwe vorm van kabeldoorgifte

Hof van beroep Antwerpen 4 februari 2013, gevoegde zaken 2011/AR/1523; 2011/AR/2545; 2011/AR/2546; 2011/AR/2578; 2011/AR/2582 (SABAM tegen Telenet)

Auteursrecht. Tussenarrest. Tussen TELENET en partijen is discussie ontstaan omtrent de kabeldoorgifte van een aantal omroepprogramma's in het kader van "Telenet Digitale Televisie". Voorliggende vraag is of "simulcasting" van omroepprogramma's al dan niet slechts één auteursrechtelijk relevante handeling uitmaakt, waarvoor een bijkomende vergoeding is verschuldigd. TELENET meent dat van haar geen bijkomende betaling gevraagd kan worden ingevolge het afsluiten van overeenkomsten met de meeste omroepen. Het hof bevestigt het bestreden vonnis dat simulcastuitzendingen geen nieuwe vorm van kabeldoorgifte uitmaakt.

5. Beslissing
(...)
- bevestigt het bestreden vonnis waar dit tussen partijen zei voor recht dat de digitale kabeldoorgifte bij simulcastuitzendingen, met name uitzendingen waarbij een simultane, ongewijzigde en integrale gelijktijdige uitzending plaatsvindt van een analoog en digitaal signaal, geen nieuwe vorm van kabeldoorgifte uitmaakt;

- wijst het overige van de oorspronkelijke vordering en tussenvordering van TELENET af;

- alvorens recht te doen heropent de debatten op de zitting van 20 JANUARI 2014 om 9:30 uur.

IEFBE 659

Wijziging schadevergoeding auteursrechtinbreuk naar co&euml;ffici&euml;nt X2 in plaats van X3

Hof van beroep Antwerpen 28 januari 2013, 2011-AR-1408 (Microsoft Action Pack)
Auteursrecht software. Wijziging schadevergoeding. Double damaging principe. Inbreuk op auteursrechten op software van Microsoft is vastgesteld in eerste aanleg en appellanten zijn bevolen tot het betalen van schadevergoeding, welke is begroot met hantering van een coëfficiënt X2 volgens het Europese principe "double damaging". Appellanten vorderen in hoger beroep de niet-toelaatbaarheid van de vordering van Microsoft , de niet-ontvankelijk en minstens deze ongegrond te verklaren. Het hof bevestigt het bestreden vonnis met wijziging van de hoogte van de schadevergoeding. Het hof is van oordeel dat nu de verkoop van de programma's op eigen verzoek en ten behoeve van geïntimeerde werd georganiseerd en van het verder verhandelen van deze programma's geen enkel bewijs is, zij niet kan overtuigen van haar stelling dat de daardoor door haar geleden schade nog groter is dan deze, geleden ingevolge het bezit ervan.

Appellanten brengen geen bewezen elementen bij, waaruit blijkt dan wel zou kunnen worden afgeleid dat de deskundige zich in zijn advies aangaande de prijs van de illegale programma's heeft vergist of dat daaraan zou moeten worden getwijfeld. Het hof sluit zich aan bij dit advies.

Volgens de algemeen aanvaarde rechtspraak wordt bij begroting ex aequo et bono, in navolging van het Europese principe "double damaging", een coëfficiënt X2 gehanteerd ter bescherming van de softwareprogramma's tegen illegaal bezit, zodat geïntimeerde daarin kan worden gevolgd.

Waar geïntimeerde dan voor de beweerdelijk door haar geleden schade wegens illegale verspreiding van de door haar opgesomde programma's een coëfficiënt X3 hanteert, is het hof daarentegen van oordeel dat, nu de ten grondslag van deze inbreuk liggende verkoop van deze programma's op eigen verzoek en ten behoeve van geïntimeerde werd georganiseerd en er van andere/verdere verkopen/verspreiding van deze programma's geen enkel bewijs, nog enige aanwijzing in die zin voorligt, zij niet kan overtuigen van haar stellen dat de daardoor door haar geleden schade nog groter is dan deze, geleden ingevolge het bezit ervan.

Naar oordeel van dit hof kan hierbij immers inderdaad niet voorbij worden gegaan aan hetgeen de deskundige in [..] zijn verslag met betrekking tot het Microsoft Action Pack en het doel daarvan uiteenzet en het antwoord van tweede appellante op zijn vraag naar de herkomst van dit Microsoft Action Pack.

Gelet op hetgeen voorafgaat, wordt aldus bij de begroting ex aequo et bono van de door geïntimeerde geleden schade voor alle in het deskundigenverslag vermelde programma's, waaronder dus ook het Microsoft Action Pack, een coëfficiënt gehanteerd.

De door appellanten te betalen schadevergoeding voor de door de deskundige ten huize van appellanten aangetroffen installaties, waarvoor geen licenties konden worden voorgelegd, kan dienvolgens worden toegekend voor het uit hoofde daarvan door geïntimeerde begrootte bedrag van 4.479,00 EUR, terwijl deze voor de componenten van het Microsoft Action Pack, waarvan de door de deskundige geadviseerde verkoopwaarde, incl. btw, in het totaal 12.551,00 EUR - in plaats van het door hem, ingevolge materiële vergissing, vermelde bedrag van 12.549,00 EUR - bedraagt en waarbij dan eveneens, overeenkomstig het principe van de "double damaging", een coëfficiënt X2 wordt gehanteerd, op 25.102,00 EUR wordt bepaald.

Daarop worden dan vergoedende intresten vanaf 8 december 2009 tot datum van dagvaarding en vanaf dan tot datum van algehele betaling gerechtelijke intresten toegekend.

De bij het bestreden vonnis gewezen beslissing inzake de door appellanten aan geïntimeerde te betalen schadevergoeding conform artikel 1382 B.W. is aldus te wijzigen in die zin dat het daarbij ten titel van schadevergoeding in hoofdsom toegekende bedrag van 42.132,00 EUR te betalen bedrag wordt gebracht op [..] 29.581,00 EUR, vermeerderd met vergoedende en gerechtelijke intresten, zoals hiervoor bepaald.